CommArt International n.v. verdeelt hi-tech leerpakketten die meestal gebaseerd zijn op grondig wetenschappelijk onderzoek uitgevoerd door het Centrum voor Toegepaste Linguïstiek (CTL), R&D-instituut van de Universiteit Hasselt. Deze e-modules maken gebruik van de recentste technologische features, ze zijn multimediaal, flexibel en polyvalent. CommArt ontwikkelt eveneens zelf e-modules, dit in samenwerking met ervaren auteurs, die zo nodig bijgestaan worden door CTL.
Tenslotte stelt CommArt gratis zijn multimediaal online auteursplatform EMCG2.0© ter beschikking samen met de erbij horende handleiding aan auteurs die zelf een online multimediale interactieve module willen creëren en (internationaal) laten verdelen door CommArt.
Elk leren start gans natuurlijk met een ontdekkingsfase die geleidelijk evolueert (door herhaling na steeds langere tussentijd) naar het definitief verwerven van de beoogde kennis of vaardigheid, hier dus een nieuwe taal kunnen spreken.
De modules werden ontworpen voor (semi-)autonoom leren. Een flinke dosis zelfdiscipline is dus vereist. Werk daartoe een strict werkplan uit dat u zorgvuldig naleeft, bij voorkeur met wekelijks vaste werkogenblikken. Hierna een voorstel van werkschema (door iedereen aan te passen in functie van zijn beschikbare tijd en leersnelheid):
En zo verder.
We geven hierna een kort overzicht en enkele tips om u toe te laten maximaal profijt te halen uit de CommArt-modules.
Mogelijkheid 1: de lineaire progressie
U neemt de modules lineair door, d.i. u volgt de lineaire progressie die uitgetekend werd door de auteurs. U begint dus bij het begin en vordert zo geleidelijk, onderdeel na onderdeel, oefening na oefening naar het einde toe. U heeft constant toegang tot de bijhorende theorie.
Mogelijkheid 2: de laterale instap
In functie van momentane behoeften kunt u ook een specifieke communicatieve situatie doornemen of een bepaald grammaticaal thema aanvatten of herhalen.
Bovendien werd bij de ontwikkeling rekening gehouden met inductieve en deductieve leerstijlen.
U verkiest te starten met de oefeningen? Wanneer u te veel fouten maakt, heeft u met een eenvoudige klik toegang tot de gelinkte theorie.
Maar u kunt ook beginnen met het doornemen van de theorie en zich vervolgens testen door het maken van oefeningen.
Door hun uitgebreide feedback voldoen de CAI-modules perfect aan de wensen van de meest veeleisende autodidact. Dank zij de vooruitgang van de informatica kunnen e-modules:
Maar stel-, spreek- of gespreksoefeningen kan de informatica nog altijd niet verbeteren. Daartoe is een menselijke ‘coach’-(taal)expert onvervangbaar, die daarenboven op ieder ogenblik als motivator en organisator kan optreden.
Enkele adviezen aan de autodidact:
2.2.1 Met automatische opvolging (bijvoorbeeld met EMCG2.0©-Tracking)
In een dergelijke setting zal een ‘coach’ of ‘mentor’ een planning uitwerken, bij voorkeur in overleg met de cursisten.
Dezen maken dan zelfstandig de oefeningen, waarbij ze hulp krijgen via de automatische feedback van de module of via naslagschermen. Dank zij de automatische opvolging kan de coach ‘in real time’ zien hoe ver zijn cursisten gevorderd zijn, wat ze presteren, hoe snel en hoe correct ze de voorgeschreven oefeningen maken… Hij kan eventueel met een mondelinge of schriftelijke e-boodschap bijkomende terugkoppeling bieden, de aandacht vestigen op bepaalde aspecten of moeilijkheden, verwijzen naar kennelijk onvoldoende beheerste reeds behandelde onderdelen van de module.
De coach kan verder “terugkeersessies” organiseren. In dergelijke sessies wordt eerst even gecheckt of de geplande leerstof voldoende gekend is. Daarna worden de cursisten in allerlei creatieve leersituaties geplaatst (rollenspel, presentatie, debat, conversatie, steloefening…), waarbij de coach gerichte en quasi individuele feedback kan geven.
Enkele adviezen aan de begeleide leerder:
2.2.2 Zonder automatische opvolging met terugkeersessies
U neemt op eigen houtje de e-module door (theorie en oefeningen) volgens de planning die u met uw coach overeen gekomen is of die u voor uzelf vastgelegd heeft. Zo leert u het meest. In een dergelijke setting kan de coach niet zien wat u doet (of niet doet).
Na een relatief korte periode van zelfstandig werk is er een terugkeersessie, die verloopt zoals beschreven onder 2.2.1. Het controlemoment is echter in deze setting enorm belangrijk om u te helpen de onontbeerlijke zelfdiscipline in stand te houden.
2.2.3 In een traditionele schoolse setting
In een dergelijk opzet zijn er telkens twee fasen.
Eerste fase
(Bijna) alle oefeningen worden gemaakt in een computerlokaal of in een leslokaal waar (bijna) iedereen over een eigen pc of portable beschikt. De coach is aanwezig en treedt als raadgever-taalexpert op waar dit nodig of wenselijk blijkt.
Uiteraard kan de coach ook afspreken dat een reeks oefeningen zelfstandig, bijvoorbeeld thuis, gemaakt worden.
Tweede fase
Deze ziet er uit zoals de terugkeersessie die hierboven beschreven werd.